Over dit project

"Dat mogen ze van mij verplichten in het middelbaar onderwijs:
een vast voorleesuur." – Tom Lanoye


Illustratie Sabien Clement 2

Het project De literaire canon in de klas biedt een antwoord op de stijgende nood aan geschikt dynamisch lesmateriaal voor de leeftijdsgroep die het volgens de PISA-resultaten steeds moeilijker heeft met begrijpend lezen en leesmotivatie, namelijk de leerlingen uit de tweede en derde graad van het secundair onderwijs in de doorstroom-, dubbele en arbeidsmarktgerichte finaliteit. Ons motto? Voorlezen: leerrijk, eenvoudig en vooral plezierig!

Deze website werd gelanceerd in het kader van het Vlaamse Leesoffensief en is de educatieve tegenhanger van de literaire canon van de Nederlandstalige literatuur die de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren (KANTL) in 2020 publiceerde. Ons doel is om kwalitatief en toegankelijk lesmateriaal te voorzien bij een aantal van de diverse rijke teksten uit die literaire canon. (Illustratie: Sabien Clement)

Voorlezen: interactief en inspirerend

Het lesmateriaal op deze website, in de vorm van een volledige tekst of een (aantal) uitgebreid(e) fragment(en) met suggesties voor vragen en creatieve opdrachten, biedt alles wat een leerkracht nodig heeft om gedurende enkele lessen samen met de klas in een van de hoogtepunten van de Nederlandse literatuur te duiken. De leermiddelen zijn gebaseerd op een didactiek van interactief voorlezen, waarbij de leerkracht het canonwerk voorleest en de leerlingen de tekst gedurende enkele lesuren bespreken en betrekken op hun eigen leefwereld. Eenvoudiger kan niet!

Zin om zelf aan de slag te gaan? Bekijk dan zeker eerst onze inspiratiegids, die de voorleesmethode uitlegt en praktische tips geeft om (vaker) voor te lezen.
In de online videoreeks van 'de Voorleeskunstenaar' ontdek je bovendien alle aspecten van succesvol voorlezen. Professioneel verhalenvertelster Evi Rosiers ontwikkelde deze reeks om leerkrachten te inspireren en te assisteren in het gebruik van hun stem en hun lichaam, maar ook van hun publiek en de ruimte.

Illustratie Sabien Clement 3

Hoe werkt nu zo'n leermiddel?

SAMENSPRAAK: start met enkele vragen en stellingen die inhaken op de leefwereld van de leerlingen. Introduceer een aantal ideeën en morele vraagstukken die ook centraal staan in het canonwerk. Laat de leerlingen nadenken over hun standpunten door hen hierover in dialoog te laten gaan of zich kort schriftelijk voor te bereiden.

SAMENLEZING: lees samen als groep de tekst. De leerkracht leest het verhaal voor in blokken van vijf à tien minuten, telkens gevolgd door een klassikaal gesprek. Doorheen de tekst staan als suggestie een aantal vraagjes in de kantlijn.

DOORSPREKEN: ga na het samenlezen in gesprek over de tekst én de thema’s. Tijdens dit gesprek delen de leerlingen hun interpretatie van wat ze denken dat er in het verhaal gebeurt en vertellen ze aan elkaar hoe ze daar tegenover staan. Herkennen ze zichzelf in het verhaal of in (een van) de personages? (Illustratie: Xavier Truant)

CREATIEF VERVOLG: geef je klas doe-opdrachten over het verhaal. Wil je jouw leerlingen de kans geven om zich het verhaal eigen te maken? Laat ze dan creatief aan de slag gaan. Elk leermiddel eindigt met een aantal creatieve suggesties om de leerlingen uit te dagen om dieper in het verhaal te duiken.

Tot slot: onderschat je leerlingen niet; leg de lat niet nodeloos laag. De eenvoud zit hem in het interactief voorlezen van een verhaal en in het samen bespreken van wat we daar nu van vinden.